home


Omni Fuzz

De fuzz – de oerdistortion – spreekt nog altijd tot de verbeelding. Velen zweren bij germaniumtransistoren, maar germaniums kunnen grillig zijn, worden schaars (dus kostelijk) en zijn niet allemaal even bruikbaar. Je hebt wat omhanden om een betrouwbare fuzz in elkaar te knutselen.

Silicone-transistoren zijn dan een stuk makkelijker en betrouwbaarder. Maar een silicone klinkt niet hetzelfde als een germanium, wat bij een fuzz extra opvalt.

De fuzz is ook gevoelig aan wat “ervoor” geschakeld is: je gitaar, soort van pickups, een ander effect, een buffer / booster,… Reden is de eerder lage ingangsimpedantie.

Toch wou ik een fuzz knutselen die deze 3 items in één box”tackelde”. Het is de Omni Fuzz geworden.

Het plan.

Ik ging aan de slag met de BC107, een bjt-transistor die nog wel gebruikt wordt bij fuzzen. Biasing is aan de hand van “collector current feedback” in plaats van “Voltage Feedback”: een weerstand (1 Mega-Ohm) tussen basis en collector. Voor wat bijkomende stabiliteit is een 100-Ohm emiterweerstand opgenomen. Een 3k3 weerstand op de collector geeft een collectorspanning van ongeveer 4.5 volt. Het resultaat is assymetrische, maar toch aanzienlijke signaalversterking gecombineerd met lage ingangsimpedantie (ong. 18 k-Ohm), beiden eigen aan de Fuzz Face.

Omwille van de klank wendde ik me tot de mosfet, een 2n7000. Wanneer deze oversturen, klinken ze aangenaam harmonisch en transparant. De onderlinge noten / klanken blijven mooi gedifferentieerd, zelfs bij volle akkoorden.

Als de Gate-Source spanning (Vgs) van een n-mosfet een bepaalde drempelwaarde overschrijdt – ong. 1,5 volt – gaat deze geleiden. In tegenstelling tot bjt-transistor, trekt een mosfet geen stroom op de Gate. Zo kan de 2n7000 direct gekoppeld worden op de collector van de BC107. De collectorspanning blijft nagenoeg ongewijzigd, en de mosfet is gebiased.

De Gain-regeling is een 10µ condensator die parallel aan een 1k lineaire potentiometer glijdt. Bij volle gain, is er minimale signaalfeedback en maximale uitsturing.  In deze vorm nadert de Omni Fuzz de klank en gevoeligheid van een germanium fuzz face, maar dus zonder de nadelen.

Enter “de buffer“, een impedantie-omzetter (Wikipedia). Hierdoor wordt het bronsignaal minder belast, en dus zo min mogelijk beïnvloed. Buffers hebben hoge ingangsimpedantie, unity gain (dus geen versterking) en zeer lage uitgangsimpedantie. Ze bestaan in verschillende maten, geuren en kleuren: Silconetransistor, Jfet, Mosfet, Opamp. Elk hebben ze hun voor en nadelen.

De transistor wordt het vaakst gebruikt (bijna alle commerciële gitaareffecten die niet true-bypass zijn). Maar ik wou de buffer inschakelbaar maken EN naargelang ook met +3dB kunnen boosten. Met een opamp is dat een eitje: een niet-inverterende versterker, waarbij de feebackweerstand Rf met een schakelaar kan worden overbrugd (=instant buffer). De verhouding van R2 en Rf bepalen de grootorde van versterking, waarbij de Gain = 1 + (Rf / R2). Als schakelaar S1 wordt gesloten, werkt de opamp als buffer. Is de schakelaar open, krijgen we +3 dB boost.

De uitvoering.

Na grondig testen op breadboard, heb ik het circuit met Kicad in PCB omgezet.

De behuizing is gemaakt volgens ondertussen beproefde methode (zie shimmer): Een aluminium U-vormig hoofdstuk en 2 U-vormige flensprofielen.
De zijkanten zijn in dennenhout, gelakt en glad geschuurd. Dmv bout + moer zijn ze op de flenzen bevestigd.
Afwerking in zwart vinyl, met crèmekleurige knoppen, blauwe led.

Het resultaat.

Geluidsfragmenten:

– In “vintage” mode: (brug pick-up / neck pick-up)

– In “modern” mode: (brug pick-up / neck pick-up)

Geluidsfragmenten zijn opgenomen met Audacity, een Fender Jaguar (humbuckers) en klasse A-lampenversterker (6L6).
Er zijn geen kwaliteitsverbeteringen toegebracht.


home